Creatieve opdrachten

Nieuwe cover

Voor deze creatieve opdracht moest ik een nieuwe cover en een nieuwe achterkant maken.

Cover

Ik heb de passage in het boek die mij het meeste zijn bijgebleven op de cover geplaatst. Zo is er de 'tour de France', maar ook het moment dat ze bij hun gasten naar het concert van Roy gaan kijken of nog het oude teefje waarvan de puppy's verdronken zijn en natuurlijk ook een par foto's die naar het meest voorkomende ding in het boek verwijzen, alcohol. Op de cover moest er wel iets met alcohol of met bier zijn want daar leven de Verhulsten voor. Ik wou ook nog een kleine link laten tussen de oude en nieuwe cover dus heb ik het plantje bijgehouden.

Achterkant

Hier heb ik een foto van de auteur,Dimitri Verhulst, gezet en een korte samenvatting van het boek met natuurlijk, om in de sfeer te blijven, een groot glas bier als achtergrond.



Alternatief slot

In het volgend fragment vind je een aangepast slot voor het boek "Post voor mevrouw Bromley" van Stefan Brijs.

John en luitenant Ashwell zitten tegenover elkaar in de trein. Zo komen juist aan in het station in Londen."Er wacht heel veel volk op het perron, Sir. Ze zien er verheugd uit." "Ik geloof je John, ik geloof je. Ik hoor ze inderdaad schreeuwen tot hier." "Excuseer Sir, zou u mij willen leiden naar mevrouw Bomley. Ik zal u aan haar voorstellen." Terwijl luitenant Ashwell met Johns hulp hem naar mevrouw Bromley leidt, zit hij nog altijd te piekeren over hoe hij aan haar moet vertellen dat haar zoon neergeschoten is door zijn eigen bataljon genoten. John ziet mevrouw Bromley in de verte en voelt zijn hart in zijn keel kloppen. "Dag John, hoe gaat het." Ze kijkt met een pijnlijke grimas naar zijn benen, althans wat er nog van overblijft. "Dag mevrouw Bromley, met mij gaat alles goed, nu ik weer hier in Londen ben met u." "Da's heel aardig van je John. Zal ik je naar huis duwen?" "Ja zeker. Oh mevrouw Bromley mag ik u mijn luitenant voorstellen, luitenant Ashwell." "Ik zou u graag begroet hebben maar aangezien ik de werking van mijn ogen kwijt ben zie ik u niet staan." John en mevrouw Bromley schoten allebei in de lach. Dit toverde ook en glimlach op het gezicht van de luitenant. "zou u willen meekomen en bij ons thee komen drinken luitenant?" "Met alle genoegen mevrouw, met alle genoegen." Onderweg naar huis praatten ze over koetjes en kalfjes totdat John het niet langer meer kon uithouden en mevrouw Bromley aansprak: "Mevrouw Bromley, ik heb slecht nieuws voor u." "Wat is er mijn jongen, wat is er, hebben ze Martin dood teruggevonden?"  "Nee mevrouw, maar ik had u beloofd dat ik Martin zou terugvinden maar ik heb gefaald." John barstte in tranen uit. "Ik heb overal gezocht. ik heb hem zelfs een bericht gestuurd. Ik ben Jack Cunningham tegengekomen in Pop, hij had Martin nog Gezien in Pop. Toen dacht ik dat ik dichtbij mijn doel was, maar ik heb hem nergens gevonden. Het spijt mij zo erg mevrouw Bromley,ik voel me zo schuldig." "John, niet huilen. Je hebt de moeite gedaan om hem te vinden dat is voor mij het belangrijkste, kom hier; niet wenen. Ik neem het je helemaal niet kwalijk. Hij zal wel ooit iets van zich laten weten, stil nou maar. Het is niet erg. Kom laten we nu naar huis gaan. Binnen is het lekker warm." John droogde zijn tranen af aan zijn mouw en ging binnen bij de Bromley's. Het was er nog altijd even donker als in zijn herinneringen en het rook er nog steeds niet fris, maar daar zij hij niets van. Hij was blij dat hij weer thuis was, in een huis waar hij altijd welkom was. Mevrouw Bromley leidde de luitenant tot aan tafel en rolde John ook aan tafel. John vroeg waar al de spullen  van de reizen van meneer Bromley waren. Ze waren allemaal verdwenen op een voorwerp na, de zetel. Die stond nog altijd op zijn plaats. Mevrouw Bromley antwoordde dat ze die spullen nooit gemogen had, maar dat wou ze niet aan meneer Bromley zeggen uit angst. Plotseling merkt John nog iets. "Waar zijn Molly en Poppy?" Mevrouw Bromley keek beschaamd naar de punten van haar kapotte schoenen. "Ze gaan aan in het park bedelen John. We hebben bijna geen geld meer. Nu Martin en mijn man niet meer werken, komt er bijna geen geld meer binnen. Mary werkt zich kapot in de fabrieken, maar ze verdient bijna niets, dus heb ik geen ander keuze." "Dat begrijp ik maar Mary ging toch met George trouwen, zijn familie heeft toch genoeg geld?" George is twee weken geleden naar het front gestuurd. Hij heeft het maar vier dagen volgehouden." "Het spijt me mevrouw Bromley, dat wist ik niet." "Geeft niet John je kunt er niets aan doen. De thee is klaar, zullen we?" "Ja graag, wilt u nog suiker of melk extra, Sir?" Luitenant Ashwell antwoordde niet, zijn hoofd hing slap naar achter. John gaf hem een licht duwtje maar er kwam geen reactie. Mevrouw Bromley begon te panikeren toen luitenant Ashwell plotseling begon te snurken. Mevrouw glimlachte zacht en fluisterde tegen John dat ze hem gingen laten slapen. Die zelfde avond kwam Mary laat terug van haar werk wanneer mevrouw Bromley de luitenant naar het militair ziekenhuis was gaan brengen. Toen Mary binnen kwam en John zag rende ze er dolblij naartoe en omhelsde hem. John ademde diep in om de geur van Mary in zich op te nemen. John zei haar dat ze rustig aan moest doen omdat al de andere al sliepen. Toen mevrouw Bromley later in de avond terug kwam gingen ze ook slapen, en iedereen sliep rustig die nacht.



Neem een fragment uit een boek en herschrijf het in een ander teksttype.

Voor deze creatieve opdracht ga ik het boek 'Het leven van Pi' van Yann Martel herschrijven in een krantenartikel.

Piscine Molitor Patel gered na 227 dagen overleven met tijger


Piscine M. Patel, beter gekend als Pi Patel spoelde na 227 dagen alleen ronddrijven met een Bengaalse tijger aan in Mexico. Hij werd onmiddellijk naar het dichtstbijzijnde hospitaal getransporteerd waar hij terug op krachten kwam.

Pi Patel vertrok op 21 juni 1977 uit Madras, India. Hij verhuisde met zijn ouders en zijn broer Ravi samen met hun dierentuindieren van Pondicherry naar Canada. Maar na een week varen gebeurd er iets dat het leven van Pi zal veranderen.

De nacht dat de boot zonk werd Pi als enigste wakker, vertelde hij. Hij had een knal gehoord, maar was niet zeker of hij het niet gedroomd had. Hij klom op het dek en zag dat er een sterke storm was. Wat er daarna gebeurde weet hij niet precies meer, zei hij. Hij herinnert zich alleen dat hij in een reddingssloep terechtkwam met een zebra, een hyena, een oeran-oetan en een tijger. Kort daarna zonk het schip. Het zonk met een enorm kabaal, vertelde hij. Hij was nog nooit zo bang geweest in zijn leven.

De volgende ochtend was er geen spoor meer van de storm en ook niet van de Tsimtsum, de boot. De tien daaropvolgende dagen herinnert hij zich nog heel goed. Hij zag zichzelf in die tien dagen zo vaak sterven, dat hij daarna niet meer bang was om dood te gaan. De tijd die in de dagen, weken en maanden daarop volgden was minder precies. Er waren wel nog een paar gebeurtenis die hij met ons wou delen omdat die hem gekenmerkt hadden.

Het eerste avontuur in zijn avontuur gebeurde na enkele maanden, door de slechte hygiëne was zijn zicht zo slecht geworden dat hij niets meer zag. En juist op dat moment gebeurde er iets ongeloofwaardig. Hij kwam een andere schipbreukeling tegen in zijn reddingssloep. Hij had een Frans accent maar zag er aardig uit. Tot op het moment waar hij hem probeerde op te eten. Pi vertelde dat hij juist nog de fransman opzij kon duwen voordat hij hem aanviel en dat de tijger hem daarna op at.Later bleek die fransman de Franse kok van de Tsimtsum te zijn.
De tweede gebeurtenis die hem gekenmerkt heeft is het mysterieus eiland waar hij een paar weken na het ongeval met de kok aanspoelde. Het eiland was prachtig de algen die als grond dienden waren eetbaar. Later op dat eiland, vertelde hij ons, vond hij ook ontelbaar vele stokstaartjes en zoetwaterpoeltjes. Hij vond het er zo goed dat hij zijn leven als schipbreukeling bijna vergat. Maar het eiland riep hem weer met beide voeten op aarde, of op algen in zijn geval. Hij vertelde dat hij op een dag de enige boom van het eiland vond waar er vruchten aan hingen. Wat hij in die vruchten vond zal het nooit vergeten, zegt Pi. In elk van de 32 vruchten die aan de boom hingen zat een tand. Hij vluchtte diezelfde dag nog van het eiland.

 Pi was de hele tijd opgescheept met Richard Parker, de Bengaalse tijger, in de sloep. Hij vertelde dat het eigenlijk dankzij hem dat hij die 227 dagen overleefd heeft. Hij moest contant op zijn hoeden zijn voor hem.Pi zei:"Hij zorgde ervoor dat ik bleef hopen, dat ik bleef geloven. Zonder hem was ik nu al dood." Gedurende zijn hele tocht op de Grote Oceaan gaat Pi een speciale band met Richard Parker creëren. Hij gaat hem temmen en zelf een paar trucjes leren.

Na die 227 dagen ronddrijven op de Grote Oceaan met een tijger spoelde Pi Patel aan in Mexico. Hij werd meteen naar het Hospitaal Benito Juarez in Tomatlan in Mexico. 2 dagen later kwamen er 2 mannen van de Japanse scheepvaartdienst Pi Patel ondervragen. Hij vertelde hun het verhaal, maar zij geloofde het niet dus verwijderde hij de dieren uit zijn verhaal en verving ze met mensen. Ze vonden geen oorzaak voor het zinken van de Tsimtsum dus lieten ze Pi Patel met rust. 

Later ging Pi in Canada wonen en studeerde hij godsdienst en biologie verder aan de universiteit.

Piscine M. Patel leeft vandaag vol vreugde in een rustig dorpje niet ver van Pondicherry samen met zijn vrouw. Hij heeft een zoon en een dochter. Mamaji komt nog af en toe bij hem op bezoek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten